Gemeente Culemborg heeft een inwoner te zwaar bestraft door zijn uitkering vijf maanden in te houden.
De man weigerde onder meer om mee te doen aan een programma voor werken in de openbare ruimte en bedreigde meerdere ambtenaren.
Volgens de rechter had de gemeente de uitkering niet zo lang mogen intrekken.
De Culemborger verschafte in eerste instantie te weinig inlichtingen over een verhuisvergoeding van 60.000 euro, waarna de gemeente begin 2013 zijn bijstandsuitkering tijdelijk intrekt. Enkele maanden later wilde hij vanwege dit voorval niet meewerken aan een programma voor werken in de openbare ruimte.
Voor de gemeente was dat een reden om zijn uitkering wederom twee maanden in te trekken. In september weigerde hij opnieuw om mee te doen en dreigde hij bij verschillende ambtenaren ‘hun kop eraf te zullen slaan.’ In totaal kreeg de man daarom vijf maanden geen bijstand.
De rechter beoordeelde dat een sanctie terecht is voor zowel het weigeren om te werken als de bedreiging, maar bij het opleggen van de straf heeft de gemeente niet goed gehandeld.
In plaats van het optellen van de sancties voor werkweigering en bedreiging en daarom vijf maanden niets aan de man uit te keren, had de gemeente de uitkering twee maanden met zestig procent moeten verlagen voor de weigering en één maand met veertig procent voor de bedreiging.
Culemborg moet de onterecht ingehouden bijstand alsnog uitkeren en de proceskosten van in totaal 980 euro betalen.