8.7 C
Staphorst
dinsdag 19 maart 2024

Zwarte Levens Tellen #1

Met de leus Black Lives Matter is iets merkwaardigs aan de hand. Buiten de context waarin ze is ontstaan doet ze een obligate mededeling. Ja allicht, zou een adequate reactie zijn. Elk mensenleven telt immers.

Er liepen, zelfs na de dood van George Floyd, inderdaad witte reactionairen met de leus All Lives Matter. Die reactionairen waren actief bezig de context van de leus te ontkennen. En die context is dat in het Amerika waar dit speelt, iemand zijn of haar leven riskeert bij een ontmoeting met de politie, wanneer die persoon als ‘zwart’ wordt gezien. Ik zeg het wat omslachtig, omdat ‘zwart’ in de VS iets anders betekent dan hier.

Een ervaring: een vriend van mij reisde met zijn twintigjarige neef naar New York; de neef heeft een lichte huid met sproeten en korte rode krulletjes op zijn hoofd. Door zwarte leeftijdgenoten werd hij direct als brada aangesproken, tot zijn eigen verbazing. Hij zei: voor het eerst van mijn leven word ik als zwart gezien. Hij heeft inderdaad een Surinaamse vader, maar in Nederland was hij nog nooit zo bejegend.

Zijn type komt uiteraard in Amerika ook voor, als resultaat van een gemengde relatie of afkomst. Alleen ben je daar dan meteen ‘zwart’, volgens  een definitie die ooit door witte autoriteiten is bedacht (de beruchte one drop of negro blood, die volstaat om iemand buiten de wittemensenkring te plaatsen). En belangrijk aan deze ervaring: in de VS zien niet alleen de (vijandelijke) autoriteiten je zo, maar ook je ‘broeders en zusters.’

 Black lives matter bestaat als informele beweging in de Verenigde Staten sinds 2014, ontstaan in Ferguson naar aanleiding van de dood van de zwarte tiener Michael Brown, in augustus van dat jaar doodgeschoten door de politie. In dit geval, zoals in de meeste voorgaande en vele volgende, vormde de jongen geen bedreiging voor de politie en was ongewapend. De lijst is lang en groeit nog door.

In 2020 gaan de beelden van George Floyd, minutenlang liggend op straat onder de knie van agent Derek C., de wereld over. Miljoenen mensen horen hoe hij I can’t breathe zegt en hoe omstanders de politieagenten smeken om hem lucht te geven. En ze kunnen zien hoe hij levenloos wordt afgevoerd. En dan gebeuren er twee dingen die anders zijn dan anders. Er komen tot ver buiten de Verenigde Staten protesten op gang. En de agent wordt aangeklaagd voor doodslag. Ook in Nederland wordt Black Lives Matter een beweging, waaraan je kunt meedoen.

De grote demonstraties in steden in Nederland en de rest van de wereld brengen verhoudingsgewijs veel jongeren op de been en een breed scala van zwart tot wit. De woorden I can’t breathe worden vertoond, net als uiteraard Black Lives Matter, maar ook Stop Racisme en Stop Politiegeweld.

De dood van Floyd, of misschien moet ik zeggen, de beelden van de aanslag op zijn leven, wekken in allerlei verschillende omstandigheden een acuut besef van ongelijke behandeling, van verzwegen raciaal onderscheid, niet alleen bij degenen met ervaring, maar ook bij anderen zonder die ervaring. Ze appelleren aan verzwegen vernederingen en ervaren uitsluiting – en omdat het in die beelden om een politieagent, een overheidsdienaar, gaat, roepen ze de partijdigheid van die overheid in herinnering. Het is waarschijnlijk dat het presidentschap van iemand die zonder camouflage de kant van wit suprematisme kiest, aan dit acute besef veel heeft bijgedragen.

De alertheid op het punt van racisme neemt toe – in Nederland waarneembaar bij zwarte piet, politieoptreden, voetbaltribunes en toeslagenaffaire. Ook in de berichtgeving rond Forum voor Democratie blijkt het, net zo goed als in de vele publicaties over het koloniale verleden. Dit is waarschijnlijk en hopelijk een onomkeerbare trend. Hij sluit aan bij het toenemende verzet tegen seksisme (#MeToo) en tegen lhbtiq-gerelateerde uitsluiting.

Het is een nieuwe fase in de emancipatie van ‘minderheden’. En dus ook een strijd om de zelfopvatting van de ‘meerderheid’ of, anders gezegd, een strijd om de zelfdefinitie van de natie. Hoe veelkleurig durven westerse maatschappijen zichzelf en hun geschiedenis te begrijpen? En hoeveel vuil naar boven te halen?

Herman Meijer was van 2003 tot medio 2006 voorzitter van het landelijk bestuur van GroenLinks. Van 1990 tot 2002 was hij gemeenteraadslid en wethouder in Rotterdam. In zijn portefeuille zat onder meer stads- en sociale vernieuwing, allochtonen-, grote steden- en moskeebeleid.