De snelweg Tanger-Casablanca die vlak langs ons huis loopt, transformeert stapsgewijs. In de afgelopen weken, sinds de ijzervlechters hun intrede deden, zijn langzaam de contouren van de twee tunnelbakken waarop later de bovengrondse lokale verkeersdoorstroming vorm moet krijgen, zichtbaar aan het worden.
Mijn oog valt er nu op: rond Rabat zijn veel infrastructurele werkzaamheden in een stroomversnelling geraakt. Zo is in de richting van Tanger ter hoogte van Sale el Jadida de verbreding van de snelweg bijna een feit en verrijzen diverse viaducten over de weg met aangrenzende op- en afritten.
Ook de veel zuidelijker gelegen afslag richting Casablanca, ter hoogte van Tamesna, is al geasfalteerd en voedt de hoop dat veel verkeer hier zal afbuigen op de nieuwe rondweg en niet meer langs ons huis zal rijden. Vooral voor het vrachtverkeer moet die rondweg als een verlossing komen. Het lijkt mij geweldig om die afronding mee te maken en er overheen te kunnen rijden. Het voelt alsof ik deelgenoot ben van de ontwikkelingen in Marokko, als een bevestiging dat we hier leven.
Toch is er deze dagen een ander werk dat mijn aandacht trekt: de rue Annekhill. Deze weg, dicht bij ons huis gelegen, is vrij snel nadat wij in Rabat kwamen wonen grondig onder handen genomen. Een nette weg kreeg een transformatie tot waardige boulevard, waaraan grote kantoren van Maroc Telecom en andere gerenommeerde instituten met trots kunnen liggen.
Dik een jaar verder zijn we. Met enige koortsachtigheid wordt de hand gelegd aan de laatste details. Het opmerkelijke is dat, voor mijn gevoel, al maandenlang die details de achilleshiel van dit project vormen. De weg ligt er, ook de contouren van een mooie boulevard. Maar het heeft heel lang geduurd voordat het plaveisel op de stoep voor de winkels lag en de middenberm zijn prachtige grondverlichting kreeg.
Het leek stil te liggen. En toen dat dan eindelijk vorm kreeg, zag ik nog steeds plekken en plaatsen waar het werk net niet af was. Een stuk stoeprand waar niets aan is gebeurd, betegeling van stukken stoep met prachtig motief die welhaast lijken vergeten. Gaten in het asfalt waarvan je denkt: waarom? En de afwerking rond enkele palmbomen; alles leek maar niet af te komen. Soms gebeurde er ergens iets, maar dan was elders weer een nieuw hiaat ontstaan.
Ik had de rue Annekhill al omgedoopt tot de net-niet-af-boulevard. Ik was oprecht teleurgesteld omdat het echt leek alsof de rue Annekhill transformeerde in een mooie boulevard. Of je nu vanaf de snelweg de weg oprijdt of helemaal van de andere kant bij de doodlopende weg langs het spoor begint, het zicht is echt adembenemend mooi. Het werd zelfs nog mooier door het nieuwe ontwerp. Een wijds gezicht.
Op het punt waar de weg kruist met de Ben Barka is het uitzicht prachtig over de brede trottoirs, de groene middenberm, de details in de betegeling en de vele nieuw geplante palmbomen. ’s Avonds geven de sierlijke groene lantaarnpalen met hun ‘gouden’ armatuur licht dat past bij een boulevard. Hier wil je paraderen, hier wil je je nieuwste auto showen, hier kun je de rondtocht van het Marokkaans elftal organiseren. De rue Annekhill kreeg grandeur.
Alleen…net-niet. Het lijkt maar niet af te komen. Ik vraag me soms af wie nu precies weet wat er nog moet gebeuren. Ik wacht eigenlijk met smart op een opening met gepaste grandeur. Nu zie ik de recente activiteit om alles af te maken als een hoopvol signaal. Overal zijn hekken op de hoeken van straten gekomen. Mooi passend in het straatbeeld. Het plaveisel wordt afgemaakt en de laatste asfalteringswerkzaamheden vinden voor mijn ogen plaats. Ik raak in een soort opgewonden blijdschap.
Ik voel me verbonden met de rue Annekhill. Het vormt zich mee met mijn leven hier. Vol verwachting en met veel adrenaline starten om vervolgens te stokken, zonder aanwijsbare rede, op zoek naar de juiste koers. En als die is gevonden, valt alles stapsgewijs op zijn plaats. Het is als thuiskomen. Tegelijkertijd is het Marokko in het klein. Dat valt je pas op als je hier langer leeft. Langzaam begin ik het land te begrijpen als ik met gepaste trots werkzaamheden zoals die aan de rue Annekhill volg. En met bijna Marokkaanse verzuchting hoop ik dan dat het ooit echt helemaal tot in de puntjes afkomt.
Alleen zou ik nog iemand willen vinden die de nieuw geïnstalleerde dansende groene discoverlichting, die ’s avonds opeens aan de zijkanten van de middenberm bewegen, kan laten verwijderen. Maar goed, dat is dan weer zo typisch Nederlands: altijd iets te zeiken.
Thijs Kolster woont met zijn gezin in Marokko en schrijft sinds 2015 een wekelijks blog onder de titel ‘Verhalen uit Marokko’. Vanaf april 2016 is hij vaste columnist voor De Moslimkrant. Thijs kijkt met zowel de blik van een buitenstaander en als ingezetene naar Marokko. Dat maakt zijn blik interessant. Op die manier laat hij ons op een luchtige manier kennis maken met Marokko.
(Dit is een ingekorte versie uit het verhaal ‘ Snelweg’. Het gehele verhaal is te lezen in zijn nieuwste bundel: Vertrouwde beelden, verhalen uit Marokko. De bundel is te koop op bol.com)