De hoogste rechtbank van Pakistan heeft de minister-president van het land uit zijn ambt gezet.
Tegen Nawaz kwam vorig jaar een onderzoek op gang naar aanleiding van de zogenoemde Panama Papers over belastingparadijzen. Daaruit bleek dat Nawaz en zijn familie kostbaar onroerend goed hadden gekocht in Londen via bedrijven in belastingparadijzen.
Een onderzoekcommissie heeft vastgesteld dat Sharif en zijn familie niet konden verantwoorden hoe zij aan hun geld komen. Nawaz Sharif wordt beschuldigd van corruptie en witwasserij. Volgens plaatselijke media wordt er ook een strafrechtelijk onderzoek gedaan naar Sharif.
“Hij komt niet meer in aanmerking om een eerlijk lid van het parlement te zijn, en hij verzaakt zijn taak als minister-president”, aldus de rechter vrijdag.
Ook de minister van Financiën Ishaq Dar is door de rechtbank uit het ambt gezet. De minister is de vroegere accountant van Sharif en leverde documenten aan justitie over de rijkdom van de premier en zijn familie, inclusief een lijst met bezittingen in de Britse hoofdstad.
Sinds de onafhankelijkheid van het Britse imperium in 1947 heeft nog geen enkele premier in Pakistan zijn termijn volgemaakt.