De maronitische patriarch Béchara Boutros Raï is in Saoedi-Arabië op uitnodiging van, de machtigste man van het koninkrijk, kroonprins Mohammed Bin Salam.
Béchara Boutros Raï is een Libanees geestelijke, patriarch van Antiochië en het gehele Oosten van de Maronitische Kerk en kardinaal van de Katholieke Kerk.
In het land waar de heilige steden Mekka en Medina bevinden heeft de aanwezigheid van patriarch Béchara niet alleen van interreligieuze aard, maar ook een politieke lading. In Saoedi-Arabië is het strafbaar om christelijke symbolen te tonen. Daarom is het opmerkelijk dat kardinaal zijn bisschoppelijk borstkruis mocht omhouden in de hoofdstad Riyad. Wat heeft geleidt tot veel woedende reacties op de Arabisch social media.
Béchara Raï had tijdens zijn bezoek ook een ontmoeting gehad met de Libanese premier Saad Al-Hariri die sinds zijn aftreden ‘vrijwillig’ in Saudi-Arabië verblijft. Verschillende Arabische media melden dat het bezoek van Béchara aan kroonprins Mohammed bin Salam vooral te maken heeft met dat de kroonprins de garantie wil hebben dat de kerk in Libanon Al-Hariri blijft steunen tegenover Hezbollah die ook deel uitmaakt van de Libanese regering.
De Maronieten bezetten in Libanon een aantal sleutelposities in de regering. De president is een maronitisch christen en ook de belangrijke positie van opperbevelhebber van het leger wordt ingevuld door een maronitische christen. Na de toezegging van Béchara aan kroonprins Mohammed Bin Salam heeft Al-Hariri in een interview met zijn eigen televisiestation Future TV beloofd dat hij “over enkele dagen” terug zal keren naar Libanon.
Maar Béchara Raï wil wel wat terug voor de steun aan Al-Hariri en dat is dat de Maronieten als eerste een kerk mogen openen in het heilige land van de moslims. De Saoedische autoriteiten weigeren elke commentaar.
De Maronitische Kerk telt ongeveer 3.500.000 gelovigen waarvan 930.000 in Libanon leven. Anderen wonen verspreid in het Midden-Oosten. In de 8ste eeuw verhuisde de Maronitische gemeenschap naar het gebergte Libanon. Tijdens de kruistochten kwamen ze opnieuw in contact met het christelijke westen. In de 12de eeuw sloot de Maronitische Kerk zich aan bij de Kerk van Rome. Ze behield wel haar eigen Syrischtalige liturgie en volgt de West-Syrische ritus.
In de jaren 1860-1861 raakten de Maronieten in conflict met de Druzen. De Franse keizer Napoleon III stuurde troepen, die het gebied onder controle brachten. De Turkse sultan stemde toen om Libanon, zoals de streek nu word genoemd, verregaande autonomie te verlenen, en hij benoemde een christen tot gouverneur.