Bij het selecteren van mbo-stagiaires komt discriminatie door leerwerkbedrijven voor. Bepaalde groepen studenten met een niet-westerse achtergrond krijgen vaker afwijzingen. Dit wordt echter weinig opgemerkt, omdat studenten en stagebemiddelaars het probleem omzeilen.
Dat signaal ving Kennisplatform Integratie & Samenleving op via een verkenning onder ruim 120 onderwijsprofessionals en studenten op het mbo. De kans op afwijzing blijkt minder groot wanneer de school studenten persoonlijk voordraagt bij een werkgever. Ook zoeken studenten vaak een stage binnen hun eigen (familie) netwerk.
De respondenten gaven regelmatig aan dat studenten met een niet-westerse achtergrond vaker een afwijzing ontvangen na een sollicitatie dan autochtone studenten. De discriminatie lijkt vaker voor te komen bij meisjes met een hoofddoek.
Een deel van de leerwerkbedrijven vindt hen niet passen bij de uitstraling van hun bedrijf. Ook jongeren waarvan de werkgevers het vooroordeel hebben dat ze ‘risicovol’ zijn, bijvoorbeeld omdat ze steeds te laat zouden komen of diefstal plegen, worden vaker gediscrimineerd. De bedrijven geven dit vaak niet openlijk aan, maar de helft van de professionals merkt dat bepaalde leerwerkbedrijven bij die laatste groep voorzichtiger handelen. Bijvoorbeeld door bij deze studenten de stagebegeleiders om extra garanties te vragen.
De mate waarin discriminatie voorkomt, lijkt onder andere afhankelijk van de sector: kleine en middelgrote bedrijven uit onder andere de modebranche en horeca worden vaker genoemd, overheidsinstellingen en maatschappelijke organisaties vrijwel niet.
Eva Klooster, onderzoeker van Kennisplatform Integratie & Samenleving: “Er wordt door scholen vaak gehandeld met de beste bedoelingen. Iedere student moet immers op stage om te kunnen afstuderen, dus de onderwijsprofessionals doen hun uiterste best dat mogelijk te maken. Ook voor diegenen die bijvoorbeeld een crimineel verleden hebben of gedragsproblemen. Als een leerwerkbedrijf liever geen meisjes met hoofddoek plaatst, maar wel een student met autisme, dan is een stagebemiddelaar allang blij dat iemand een plek heeft. Voor die niet-westerse student vinden ze dan wel een ander bedrijf.”